30 juli 2016

De beste sportnovellen

Een novelle zit qua omvang tussen een kort verhaal en een roman in. Het is proza van beperkte omvang. En ja, er zijn ook prachtige novellen waarin sport de belangrijkste bijzaak is. De aanraders:

Blazen tot honderd van Geert van Beek. Een jonge schaatser slaat de waarschuwing in de wind en gaat het ijs van de rivier op. Als hij terugkomt wacht hem een vreselijke gebeurtenis. 

The Changing Room van Angry Young writer David Sorey. De spelers in de kleedkamer voor, tijdens en na de wedstrijd. Oorspronkelijk geschreven als toneelstuk. Rauw!

De Elfstedentocht van Mohammed Nasr. Een. Marokkaan zit met een kapotte verwarmingsketel. In zijn koudste dromen wint een Turk de Tocht der Tochten.

The Loneliness of the Longdistance Runner van Alan Sillitoe. Een gevangene mag ter meerdere eer en glorie van zijn opvoedingsinstituut een cross countryloop winnen. Maar wil hij wel winnen? 

Over het water van H.M. Van den Brink. Twee jongens trainen voor de oorlog voor de 'twee zonder' voor de Olympische Spelen van 1940. Maar alleen de lezer weet wat komen gaat.

Pafko at the Wall van Don DeLillo. In een beslissende wedstrijd tussen de Dodgers en the Giants, verwerft een zwarte jongen een homerunbal op (onder) de tribune. Maar niet voor lang. Realiteit gaat over in fictie.

De Schaatsentocht van Elizabeth Zernike. Een jonge vrouw gaat in de vooroorlogse crisisjaren een meerdaagse schaatstocht maken langs vrienden en familie. Beklemmend. 

She wasn't Soft van T.C. Boyle. De vriend van een hardloopster geeft de verkeerde fles drinken aan de verkeerde persoon. 

Schachnovelle van Stefan Zweig. Een gevangene van de gestapo leert tientallen schaakpartijen uit een boekje uit zijn hoofd om gezond te blijven. Maar als hij later op een echt bord moet spelen gaat het verrassend mis. 

De Verdediging van Vladimir Nabokov. Schaken en waanzin liggen dicht bij elkaar in deze novelle over de schaker Luzin. 





Geen opmerkingen:

Een reactie posten